Dermatophytose, algemeen bekend als ringworm, is een oppervlakkige schimmelinfectie die vaak voorkomt bij huisdieren en mensen. Hoewel deze pathologie regelmatig wordt gemeld door Portugese dierenartsen, blijven de gedetailleerde epidemiologische gegevens over het relatieve belang van de verschillende betrokken dermatofyten en de waargenomen variaties naar diersoort, ras, geslacht en leeftijd tot nu toe fragmentarisch.
Deze studie heeft tot doel deze lacune te vullen door een diepgaande epidemiologische analyse van dermatophytose bij honden en katten in Portugal over een periode van 12 jaar te bieden.
Materiaal en methoden
Gegevensverzameling en diagnostische procedures
Tussen 2012 en 2023 werden haar- en schilfertjesmonsters genomen van honden en katten met een klinische verdenking van dermatophytose in 355 dierenartscentra verspreid over het vasteland van Portugal. In totaal werden 4716 monsters geanalyseerd, waarvan 271 werden uitgesloten vanwege schimmelbesmettingen.
De monsters werden geënt op DERM-agar, geïncubeerd bij 25°C voor een maximale duur van 4 weken, en periodiek onderzocht om schimmelgroei te observeren. Identificatie van dermatofyten werd uitgevoerd door middel van macroscopisch en microscopisch onderzoek van de kolonies.
Statistische analyse
De gegevens werden verwerkt met behulp van de software JMP® en MedCalc®. Niet-parametrische tests werden gebruikt om de verschillen tussen waargenomen en verwachte frequenties te bestuderen. Een logistische regressie met Tikhonov-regularisatie werd gebruikt om voorbestemde rassen te identificeren.
Resultaten
Prevalentie en geografische verdeling
Van de 4445 geanalyseerde monsters bleken er 568 (12,8%) positief te zijn voor dermatofyten. De meerderheid van de monsters kwam uit de regio’s Noord (44,6%) en Centraal (28,4%) Portugal. De regio’s met de hoogste frequentie van positieve gevallen waren het Centrum (14,6%) en het Noorden (13,8%).
Diersoorten en rassen
Katten vertoonden een aanzienlijk hogere frequentie van dermatofytose (17,4%) in vergelijking met honden (9,1%) (p<0,001).
Bij honden toonden de rassen Yorkshire Terrier, West Highland White Terrier, Dwergpinscher, Dalmatiër en Dwergschnauzer een significante aanleg voor dermatofytose (p<0,05). Bij katten waren de rassen Pers en Scottish Fold significant gepredisposeerd (p<0,05).
Ernstige ringworm bij een Yorkshire terriër
Geslacht en leeftijd
Er werd geen significante verschil waargenomen tussen de geslachten (p>0,05). Er werd een zwakke maar significante negatieve correlatie aangetoond tussen leeftijd en de frequentie van dermatofytose, zowel bij honden (r=-0,05, p=0,018) als bij katten (r=-0,14, p<0,001).
Dermatofytensoorten
Microsporum canis was de meest geïsoleerde soort (63,9%), gevolgd door Trichophyton spp. (20,3%) en Nannizzia gypsea (voorheen Microsporum gypseum) (8,1%). M. canis was significant vaker aanwezig bij katten (68,6%) dan bij honden (31,4%).
Discussie
Deze studie biedt de eerste diepgaande epidemiologische analyse van dermatofytose bij huisdieren in Portugal. De globale prevalentie van 12,8% bevindt zich aan de onderkant van de waarden die in andere Europese landen worden gerapporteerd, waar deze meestal varieert van 20% tot 30%.
De dominantie van M. canis (63,9% van de isolaten) ondersteunt de gegevens uit de literatuur, die melden dat deze soort verantwoordelijk is voor 81,8% tot 97% van de gevallen van dermatofytose bij huisdieren. De hogere frequentie bij katten (17,4%) vergeleken met honden (9,1%) bevestigt ook de bevindingen van andere studies.
De geografische verdeling van de gevallen, met een overheersing in de Noordelijke en Centrale regio’s, kan worden verklaard door gunstigere klimatologische omstandigheden voor de ontwikkeling van dermatofyten, met name een hogere vochtigheid. Echter, de aanwezigheid van gevallen in alle regio’s van Portugal benadrukt de alomtegenwoordigheid van deze infecties en de noodzaak van constante waakzaamheid, zelfs in gebieden die als minder gunstig worden beschouwd.
De identificatie van gepredisponeerde rassen, zowel bij honden als bij katten, biedt waardevolle informatie voor de klinische praktijk. Deze gegevens zullen dierenartsen in staat stellen waakzamer te zijn bij het onderzoeken van deze risicorassen, zonder de mogelijkheid van dermatofytose bij andere rassen te negeren.
De negatieve correlatie tussen leeftijd en frequentie van dermatofytose suggereert een grotere kwetsbaarheid van jonge dieren, waarschijnlijk vanwege de onvolwassenheid van hun immuunsysteem. Deze observatie benadrukt het belang van bijzondere aandacht bij het onderzoeken van puppy’s en kittens, zonder de mogelijkheid van een infectie bij oudere dieren uit te sluiten.
Conclusie
Deze 12-jarige retrospectieve studie levert waardevolle epidemiologische gegevens over dermatofytose bij huisdieren in Portugal. Deze studie benadrukt het belang van M. canis als belangrijkste etiologische agent, de predispositie van bepaalde rassen, en de verhoogde kwetsbaarheid van jonge dieren. Deze resultaten onderstrepen de noodzaak van voortdurende waakzaamheid tegen deze zoönotische en besmettelijke aandoening, die een groeiende uitdaging voor de volksgezondheid vormt.
Praktiserende dierenartsen moeten deze informatie integreren in hun diagnostische en therapeutische aanpak, met bijzondere aandacht voor de als gepredisponeerd geïdentificeerde rassen en jonge dieren, zonder de mogelijkheid van dermatofytose bij andere diercategorieën te negeren.
Toekomstig onderzoek zou zich kunnen richten op de omgevings- en genetische factoren die ten grondslag liggen aan de predispositie van bepaalde rassen, evenals op preventie- en controlestrategieën die zijn aangepast aan de in deze studie aangetoond epidemiologische bijzonderheden.
Lopes R, Garcês A, Silva A, Brilhante-Simões P, Martins Â, Cardoso L, Duarte EL, Coelho AC. Dermatophytose bij gezelschapsdieren in Portugal: Een uitgebreide epidemiologische retrospectieve studie van 12 jaar (2012-2023). Micro-organismen. 2024 Aug 22;12(8):1727. doi: 10.3390